Sturen op kwaliteit 2014-2018
Kwaliteitsinformatie die de zorg vooruithelpt
20
Projecten
Zijn getoets in de praktijk en gebundeld in een online toolkit
34
Betrokken partijen
8 umc's met 26 ziekenhuizen en andere zorg- en patiëntenorganisaties
Samenvatting
- Kwaliteitsinformatie over het hele ziekenhuis
- Een methode om tot een kernset te komen
- Online toolkit met praktische voorbeelden en handreiking
- Per 1 april 2019 is het programma in deze vorm gestopt
“Het programma Sturen op kwaliteit zorgt voor betekenisvolle kwaliteitsinformatie.”
Resultaten Sturen op kwaliteit 2014-2018
Programmaleider Roos Trooster aan het woord
Meer sturen op kwaliteit, minder op verantwoorden
Dat is de kern van het NFU-Citrienfondsprogramma Sturen op Kwaliteit. De resultaten bieden talloze aanknopingspunten om binnen het eigen netwerk de zorg te verbeteren. Roos Trooster, programmamanager blikt terug en vooruit. ‘We hebben veel kennis opgehaald om de patiëntenzorg te verbeteren. Zo zijn kernsets van kwaliteitsindicatoren geselecteerd en overzichtelijke dashboards ontwikkeld. Ook is gekeken naar methodes om teamsamenwerking en patiëntervaringen te meten. Bestuurders hebben samen acties afgesproken om daadwerkelijk te sturen op wat voor patiënten en zorgprofessionals belangrijk is’
Alle resultaten zijn samengebracht in een toolkit voor Sturen op Kwaliteit. Daar staan acties, praktische methodes en goede voorbeelden. Ziekenhuisbestuurders, klinisch leiders en kwaliteitsmedewerkers hoeven niet opnieuw het wiel uit te vinden. De resultaten bieden talloze aanknopingspunten om binnen het eigen netwerk de zorg te verbeteren.
“Hoe selecteren we precies díe informatie die bestuurders nodig hebben om de kwaliteit van de zorg te verbeteren?”
Actiekaart goede leidraad voor bestuurders om zorg te verbeteren
Bestuurders en professionals hebben te maken met een enorme waslijst aan kwaliteitsindicatoren, met een grote administratiedruk tot gevolg. Daarbij gebruiken instellingen de indicatoren vooral om zich te verantwoorden voor de zorg die ze bieden. En niet om de patiëntenzorg te verbeteren.
“ “Welke informatie heb je als bestuurder écht nodig hebt om de zorg te verbeteren?””
Wat is de juiste verhouding tussen verbeteren en verantwoorden?
Deze kaart laat zien welke acties ziekenhuisbestuurders kunnen ondernemen om – samen met belanghebbenden – het verbeteren van de kwaliteit van patiëntenzorg centraal te stellen in plaats van het verantwoorden hiervan. Ziekenhuisbestuurders geven hiermee invulling aan het bieden van goede patiëntenzorg volgens de Governancecode Zorg.
Eindelijk een indicator voor patiëntparticipatie
‘Hoe kun je als ziekenhuis de mate van patiënt- en familieparticipatie op een goede manier meten?’, daarom draaide het project CAPPUCCINO. In samenwerking met patiëntvertegenwoordigers en internationale experts werd een leidraad opgesteld.
‘Fijn dat er nu een indicator is, waarmee je als ziekenhuis het thema patiëntparticipatie goed kan monitoren’, zegt Anne-Miek Vroom die als expert betrokken was bij dit project. Vroom zet zich met haar Stichting IKONE in om de samenwerking tussen professionals en patiënten te bevorderen. ‘Als medisch socioloog, geboren met een fysieke aandoening, bouwde ik veel kennis en expertise op over hoe je de zorg verbetert in samenwerking met de patiënt.’
“Dit type instrument bestond nog niet. Ik merk dat veel ziekenhuizen naar zoiets op zoek zijn.”
Veelzeggend stuurinstrument
‘Dit type instrument bestond nog niet. Ik merk dat veel ziekenhuizen naar zoiets op zoek zijn. Het is dan ook niet het zoveelste instrument, dat een berg registratielast oplevert… Met deze stuurindicator breng je echt breed in kaart, hoe het in jouw ziekenhuis gesteld is met patiëntbetrokkenheid. In welke mate patiënten en hun familie betrokken zijn, bij zowel de zorg als de organisatie. Dit leidt tot bewustwording en motivatie. Het biedt een leidraad om met elkaar aan de slag te gaan en patiënten actiever te betrekken.’
CAPPUCCINO staat voor: Creating an Academic Patient Participation Uniform Care Control Indicator.
Meer informatie
CAPPUCCINO eindrapportageProgramma website
‘Leren en verbeteren van onze verpleegkundige zorg’
Wij vertaalden de verpleegkundige zorgindicatoren pijn en ondervoeding zó dat we er als umc en zorgprofessionals ook baat bij hebben’. Nadiyah de la Rambelje, stafadviseur verpleging Maastricht Universitair Medisch Centrum, vertelt over Nursing Sensitive Care.
“De door ons aangescherpte indicatoren met betrekking tot pijn en ondervoeding bieden onze bestuurders handzame informatie.”
'Een ‘dashboard’ geeft bestuurders direct zicht op de afdelingen met heel goede en minder goede uitkomsten. Op de laatste afdelingen kunnen we nu verbeteracties inzetten.'
Het dashboard geeft verpleegkundigen zicht op de zorguitkomsten van hun eigen afdeling. ‘Dit vergroot het verantwoordelijkheidsgevoel op de werkvloer. Ze zien ook gelijk of verbeteracties wat doen. Ik hoop dat we dit kunnen uitbreiden naar andere verpleegindicatoren en naar andere umc's en ziekenhuizen. Zodat we hiermee samen de verpleegkundige zorg verbeteren.’
Over het programma
Doel van het programma Sturen op Kwaliteit is de Raad van Bestuur op handzame wijze voorzien van informatie over de kwaliteit van de geleverde zorg. Welke informatie nodig is, waaruit deze te ontlenen, en hoe deze te gebruiken, zijn vragen die centraal staan in het programma Sturen op Kwaliteit.
Het programma heeft met twintig projecten concrete informatie opgeleverd in de vorm van best practices, kernsets, methoden en handreikingen. De resultaten staan in de toolkit Sturen op Kwaliteit en is bedoeld om de kwaliteit van de patiëntenzorg te verbeteren voor:
- Het ziekenhuis (bijv. calamiteiten)
- Afdelingen (bijv. IC)
- Patiëntengroepen (bijv. moeder en kind)
- Ketennetwerken (bijv. oncologische keten)
- Dashboard ontwikkeling

Sturen op kwaliteit
Kwaliteitsinformatie die de zorg vooruithelptRegistratie aan de bron
Altijd en overal de juiste zorginformatie
80
% gebruikt de BgZ
Vele projecten dragen bij aan deze doelstelling voor 2020
26
Betrokken partijen
Een iniatief van 8 umc's en Nictiz samen met NVZ, V&VN en FMS. Betrokkenen zijn o.a. ZonMw, VWS, wetenschappelijke verenigingen, Actiz, Medmij, ICT-leveranciers, NZa, IGN, LHV, NHG, Zorginstituut en Patiëntenfederatie.
Ambitie
- Werkt aan het verbeteren, duurzamer maken en betaalbaar houden van de zorg.
- Daarvoor heeft het Ministerie van VWS o.a.de wettelijke verplichting van elektronische uitwisseling van patiëntengegevens ingesteld, waarvoor het toepassen van de Basisgegevensset Zorg (BgZ) en de zorginformatiebouwstenen (zib’s) de basis vormt.
- De zorg is aan zet. Zorgprofessionals moeten leidend zijn in de digitale inrichting en ondersteuning van hun werk. Het programma jaagt aan, ontwikkelt en past de BgZ en zib’s toe en brengt expertise in. Motiveert zorgverleners voor het vastleggen van de juiste zorginformatie.
- Tot 2021 ligt de focus op implementatie van het programmaprincipe in de umc’s.
“Het programma Registratie aan de Bron maakt - samen met zorgprofessionals - dagelijkse praktijk van het programmaprincipe.”
Wat gaat het programma doen in 2019-2022?
Zorginformatie delen en optimaliseren
“Zorgprofessionals zijn leidend in de digitale inrichting en ondersteuning van hun werk.”
Doelen Registratie aan de bron
- 80% van de zorginformatie van de BgZ wordt gestructureerd vastgelegd door zorgverleners en patiënten;
- 80% van de overdracht tussen zorgverleners binnen en buiten het umc vindt plaats door hergebruik van in het zorgproces vastgelegde informatie;
- Aanlevering van kwaliteitsinformatie wordt voor 80% verkregen door hergebruik van zorginformatie uit het zorgproces.
- Programma stimuleert, levert advies, standaarden en onderwijs
Registratie aan de bron in de praktjik
Cataract: operatie geslaagd!
Resultaten Registratie aan de Bron 2014-2018
Voormalig programmaleider Joyce Simons aan het woord
Gegevens uitwisselen? Eerst goede registratie aan de bron
“Om er met elkaar voor te zorgen dat digitale uitwisseling zo snel mogelijk staande praktijk is, is het van belang de juíste route te nemen. Het zorgproces vormt de basis voor het vastleggen van informatie én voor het hergebruik. Zorgverleners zullen met elkaar moeten afspreken wie wat waar en hoe vastlegt in het zorgproces. Dat kost tijd, maar levert ook veel op”: Joyce Simons, voormalig programmamanager.
Registreren aan de bron wordt het nieuwe normaal. Het is van groot belang dat álle partijen in de zorg registreren aan de bron als principe implementeren. Alleen dan kan uitwisseling plaatsvinden in de hele keten. Bijvoorbeeld het digitaal uitwisselen voor overdracht, voor het gebruik in wetenschappelijk onderzoek en voor de aanlevering aan kwaliteitsregistraties. Het programma werkt in verschillende projecten hard aan deze volgende stap: het daadwerkelijk digitaal uitwisselen van zorginformatie. “We doen pilots tussen umc’s en ziekenhuizen, tussen ziekenhuizen en PGO’s en tussen huisartsen en zorginstellingen”.
“Registreer je aan de bron, dan leg je zorginformatie eenduidig en eenmalig vast”
Hoofdhals-chirurgen boeken tijdwinst
In het Radboudumc ervaren ze dat Registratie aan de bron werkt, hoofdhals-chirurg Guido van den Broek vertelt...
“Wij zijn met de hele hoofd-halsketen erin geslaagd om alle 150 kwaliteitsindicatoren van het gehele zorgproces vast te leggen.”
Draagvlak hoofd-halszorgproces
Alle specialismen van het hoofd-halszorgproces zijn betrokken, evenals de mensen van Informatiemanagement en ICT, voor de inrichting van het epd. De betrokken zorgverleners weten precies waar de patiënt zich bevindt in het zorgpad en of alles volgens plan verloopt.
De aanlevering van de kwaliteitsindicatoren van de hoofd-halsketen aan de ‘Dutch Head and Neck Audit’ verloopt nu ook automatisch. Zorginformatie kan dus worden hergebruikt voor het aanleveren aan kwaliteitsregistraties, maar ook voor wetenschappelijk onderzoek en stuurinformatie.
Serious game: leerzaam, leuk en concreet!
Registratie aan de Bron ontwikkelde een serious game ‘Medisch Centrum Oost’. In deze game ervaar je - samen met collega’s - welke uitdagingen er zijn rond het vastleggen van zorginformatie in het epd.
Het spelen van de game is niet alleen leuk om te doen. Het is een effectieve veranderinterventie en activeert mensen na te denken over het vastleggen van zorginformatie en het belang van goede dossiervoering. En het werkt! Deelnemers ervaren tijdens de game hoeveel gedoe het scheelt als gegevens gestructureerd op de juiste plaats worden vastgelegd en collega’s dat ook doen.
Mindshift
Een deelnemer: ‘Sinds de nabespreking weet ik dat collega’s van de financiële administratie pas een factuur kunnen versturen als ik de verwijzer goed heb vastgelegd. Dat werd mij door de game duidelijk, en dat motiveert me nu in mijn dagelijks werk.’ Het spelen van de game zorgt voor bewustwording, en zet aan tot concrete vervolgacties.
“Door deze game kan ik me nu beter verplaatsen in anderen die gebruikmaken van het epd.”Zelf de game spelen?
Al meer dan 800 zorgprofessionals speelden de game: 90% van hen beveelt de game aan!
Bekijk dit filmpje of mail naar info@registratieaandebron.nl
Over het programma
Het programma Registratie aan de bron heeft heldere doelstellingen voor 2020 en werkt op dit moment aan drie pijlers:
- Eenheid van taal; de doorontwikkeling van de standaarden.
- In de systemen: monitoren en ondersteunen van implementatie zodat de techniek aansluit op het zorgproces.
- Mentale transitie: stimuleren en ondersteunen van organisatorische implementatie en gedragsverandering.
Registratie aan de bron is een initiatief van de acht umc’s en Nictiz. De umc’s waren dan ook de eerste zorginstellingen die hun doelstellingen voor het programma concreet formuleerden en roadmaps ontwikkelden om daar te komen. Inmiddels doen ook de NVZ, V&VN en FMS mee.

Registratie aan de bron
Altijd en overal de juiste zorginformatieRegionale oncologienetwerken
Trefzekere zorg voor patiënten met kanker
7
Regio's
4 thema's: passend behandelplan, gegevensset oncologie, digitale uitwisseling en financiering
77
Betrokken partijen
8 umc's samen met 69 ziekenhuizen, patiëntenverenigingen en organisaties zoals Taskforce Oncologie, IKNL, DICA, SONCOS, ICHOM, Nictiz, EPD-leveranciers,etc.
Ambitie
- Iedere patiënt met kanker nu en in de toekomst kan rekenen op de best passende zorg.
- Door het ontwikkelen van goed georganiseerde (regionale) oncologienetwerken die trefzekere en duurzaam betaalbare zorg aanbieden aan iedere patiënt met kanker.
- Specialisten uit verschillende ziekenhuizen betrekken bij diagnose en behandeling
- Ondersteund door een optimaal behandelplan, digitale uitwisseling en juiste financiering
- Gezamelijke visie op oncologische netwerkzorg 2019-2022
“Het programma organiseert de samenwerking zo dat iedere patient de best passende behandeling krijgt en zelf zoveel mogelijk regie houdt. ”
Wat gaat het programma doen in 2019-2022?
De oncologiepatiënt centraal door goed georganiseerde oncologienetwerken
“Good practices door ontwikkelen, zo breed mogelijk implementeren en borgen”
Doelen
- Good practices en oplossingen uit Citrienfondsfase 2014-2018 door te ontwikkelen en zo breed mogelijk te implementeren, te verspreiden en te borgen.
- 4 thema’s verder brengen: passend behandelplan (juiste informatie en samen beslissen), gegevenssets oncologie (eenheid en hergebruik van patiëntgegevens en lagere registratielast), digitale uitwisseling (snel en veilig digitaal beschikbaar maken van patiëntgegevens) en financiering (adequate financiering van netwerkzorg en het stimuleren van waardegedreven zorg).
Werkt samen met andere Citrienfondsprogramma’s
- Registratie aan de bron: netwerkzorg staat of valt met makkelijke en goede uitwisseling van de juiste informatie tussen de betrokken zorgverleners. Consensus over de inhoud van de informatie én over de eenduidige registratie ervan is cruciaal.
- e-Health: persoonlijke gezondheidsomgeving (PGO) van de patiënt.
Regionale Oncologienetwerken in beeld
“Zij hebben veel meer ervaring, zij werken met een robot”
Resultaten programma Naar Regionale oncologienetwerken 2014-2018
Iedere patient de best passende behandelijk en zoveel mogelijk zelfregie. Dichtbij als het kan en verder weg als het moet.
Programmaleider Hans Nijman aan het woord
Terug- en vooruitblik
Het programma Naar regionale oncologienetwerken mag met financiering van het Citrienfonds nog eens vier jaar aan de slag (2019-2022) om oncologienetwerken te ondersteunen en te stimuleren. Daarbij focust het programma op vier thema’s: Passend behandelplan, Gegevenssets oncologie, Digitale uitwisseling en Financiering. "Leren van elkaar was in de voorgaande periode heel belangrijk en dat blijven we de komende jaren absoluut doen. Waar mogelijk maken we gebruik van al ontwikkelde werkwijzen en incorporeren we deze in de oncologische zorg,” aldus Nijman. “We streven ernaar in een aantal regio’s de vier thema’s te combineren voor verschillende tumortypen. Wat dat betreft is de volgende fase van het Citrienfonds anders dan de eerste jaren. We gaan vooral implementeren en ook al aan het werk met de vraag: hoe borgen we dit en hoe gaat het verder na 2022. Dat is ongelooflijk boeiend om mee aan de slag te gaan".
“We zijn er met elkaar van overtuigd dat dit de te bewandelen weg is om kwaliteit van zorg voor iedere patiënt met kanker te verbeteren.”
UNIEK: Utrechts Netwerk voor Integrale Expertise in de Kankerzorg
“Waar je ook geholpen wordt: je moet als patiënt met een kwaadaardige gynaecologische aandoening overal dezelfde behandeling krijgen.” Aan het woord is Kees Gerestein, gynaecologisch oncoloog in het Meander Medisch Centrum en het UMC Utrecht.
De ziekenhuizen in Midden-Nederland, de huisartsen en Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL) werken samen binnen UNIEK. De ziekenhuizen houden wekelijks video-conferenties. In dit multidisciplinaire overleg (MDO) bespreken de betrokken zorgverleners alle patiënten met een kwaadaardige aandoening op gynaecologisch gebied.
Dankzij netwerk en technologie is onze horizon verbreed. Hierdoor krijgt de patiënt sneller, en ook betere zorg.
“We overleggen wat de behandelopties zijn en in welk ziekenhuis de behandeling het beste kan plaatsvinden: dichtbij als het kan, verder weg als het moet. Iedereen is hierbij betrokken: van gynaecologen, oncologen en bestralingsartsen tot oncologisch verpleegkundigen en planners. Dankzij een digitaal portaal beschikken we binnenkort allen nóg sneller over de gegevens, tot en met de beeldvorming.” Een dag na het MDO ontvangt de huisarts een verslag.
“Goed dat we dit voor elkaar hebben: dankzij het MDO bundelen we onze kennis en expertise. En: door de onderlinge afstemming kunnen we de patiënt ook sneller verwijzen.”Bundelen kennis en expertise
Met de regionale tumorwerkgroep maakte Gerestein een regionaal behandelprotocol voor baarmoederkanker. UNIEK is voor hem ‘lekker werken’.
“We hebben onderling een heel goede sfeer. Dat versterkt het ook.”
Meer informatie
Website UNIEKVeilige digitale gegevensuitwisseling
Patiëntgegevens op cd, dvd of per fax versturen tussen ziekenhuizen is niet meer van deze tijd. Aan het woord is Laurens de Groot uit het Radboudumc, projectleider digitale gegevensuitwisseling voor de regio Oost-Nederland.
Informatie uitwisselen in een netwerk
Samenwerken in een netwerk betekent dat je zorgvuldig en veilig informatie met elkaar uitwisselt als dat van belang is voor de behandeling van een patiënt. Dit vraagt om een digitaal en veilig netwerk. Landelijk bestaat brede overeenstemming dat XDS hiervoor het juiste technische platform is. Ook het Informatieberaad Zorg, waarin de overheid en de zorgsector samenwerken, heeft XDS inmiddels als standaard omarmd. Dankzij XDS kan de patiënt naar het ziekenhuis van zijn of haar keuze gaan. De informatie-uitwisseling tussen de diverse zorginstellingen is goed, veilig en snel geregeld. En de privacy is gewaarborgd.
Voordelen XDS
Het grote voordeel van XDS is dat dit ook kan aansluiten op andere betrokken partijen, zoals de persoonlijke gezondheidsomgeving (PGO) van patiënten, huisartsen- praktijken, verpleeg- en verzorgingshuizen en patiëntenverenigingen. En XDS kan ook regionale netwerken onderling met elkaar verbinden.
Meer informatie
Landelijke uitrol XDSAanvullende informatie basis voor passend behandelplan
Het zorgproces is leidend.
Een passende behandeling voor een patiënt met kanker moet zijn toegesneden op ‘de hele mens’. Vanzelfsprekend gaat het om de tumorsoort en het stadium van de ziekte. Maar dat niet alleen. Iemands doelen, voorkeuren en algehele gezondheidstoestand bepalen mede wat een passend behandelplan is.
Aanvullende gegevensset
Zorgverleners moeten daarom bij hun multidisciplinair overleg (MDO) beschikken over aanvullende informatie, zodat zij dit kunnen meewegen. Chirurg-oncoloog Lieke Welling (LUMC) leidde een project binnen het programma Naar regionale oncologienetwerken waarin een aanvullende gegevensset is ontwikkeld en getest. Die gegevens kunnen in of naast het MDO worden gebruikt. Inmiddels loopt er een vervolgproject voor de implementatie van de gegevensset.
“Het zorgproces is leidend geweest bij de vraag welke gegevens je wanneer wilt registreren.”
Welling is ook leider van een project van Registratie aan de Bron. Een logische combinatie, vindt ze: “Het één heeft veel raakvlakken met het ander. Bij Registratie aan de bron draait het om eenmalig, eenduidig en gestandaardiseerd vastleggen van gegevens en het zinvol hergebruiken ervan. Dat is voor deze gegevensset van even groot belang als voor de ziektespecifieke gegevens.”
Meer informatie
Eindrapport tumoroverstijgende gegevensset (pdf)Patiënt kiest soms voor minder ingrijpend behandelen
Moet altijd alles uit de kast bij de behandeling van een patiënt met kanker?
Patiënten maken soms een andere keus. Bijvoorbeeld om niet een operatie of chemo te ondergaan, om met meer kwaliteit van leven te kunnen genieten van de tijd die rest. Om die afwegingen te maken, is een goed gesprek nodig over de alternatieven.
Chirurg-oncoloog Barbara van Leeuwen van het UMCG, is een groot voorstander van dit soort gesprekken, omdat zij de beste behandeling wil geven voor de mens. En dat is niet per definitie hetzelfde als de beste behandeling tegen de aandoening.
Niet alles uit de kast halen
“Mensen weten dat ze kanker hebben en dan denken ze: dit moet of dat moet. Nee, niets móet! Ik leg uit dat we misschien niet alles moeten doen en dat er alternatieven zijn”, zegt verpleegkundige en onderzoeker Hanneke van der Wal. “In dat gesprek ga ik op zoek naar het waarom. Wat is iemands beweegreden om voor het een of het ander te kiezen?” Verpleegkundigen voerden dit soort gesprekken ook als onderdeel van een pilot rond de keuzes van oudere patiënten. De pilot laat zien dat een aanzienlijk deel van de patiënten met eierstokkanker koos om medisch gezien niet alles uit de kast te halen.
Meer informatie
Naar de website van Regionale oncologienetwerkenOver het programma
Het programma werkt met vele partijen in de zorg en voor en door de praktijk want alleen oplossingen die werkelijk geworteld zijn in de praktijk kunnen een vlucht nemen.
Het programma omvat vele projecten verspreid over Nederland, met als hoofdthema ‘oncologienetwerken’ en drie ondersteunende thema's:
- passend behandelplan
- basisdossier oncologie
- digitale uitwisseling

Regionale oncologienetwerken
Trefzekere zorg voor patiënten met kankere-Health
De zorg makkelijker, efficiënter en toegankelijker maken
4
projecten
uit de eerste Citrienfondsfase om landelijk op te schalen
8
Universitaire medische centra
8 umc's en andere zorgorganisaties als e-health kennisnetwerk
Ambitie
- Door het gebruik van bewezen effectieve informatie- en communicatietechnologie de zorg makkelijker, toegankelijker en betaalbaarder maken.
- Door digitale verbondenheid en interactie krijgt de patiënt meer regie
- Bewezen e-health toepassingen te implementeren binnen de umc’s en buiten de umc's te stimuleren.
- Ook gaan we projecten van buiten de umc’s binnen de umc’s implementeren, mede door het brede e-health kennisnetwerk dat is opgebouwd.
“Het programma e-Health vormt een sterk academisch netwerk op het gebied van digitale zorg”
Wat gaat het programma doen in 2019-2022?
Verspreiden en implementeren van bewezen effectieve e-health toepassingen.
“Ook nieuwe veelbelovende initiatieven van buiten de umc’s krijgen een kans”
Doelen e-Health
- Meerdere bewezen e-health toepassingen succesvol verspreiden en uitvoeren
- 4 waardevolle e-health innovaties uit de eerste fase van het Citrienfonds worden landelijk en op maat geimplementeerd bij de 8 umc's: Telemonitoring Hartklachten, Telemonitoring Zwangeren, Telemonitoring Vitale functies en Medicatieverificatie via het patiëntenportaal.
- Ook nieuwe veelbelovende initiatieven van buiten de umc’s krijgen een kans. Bij de selectie wordt vooral gelet op evidenced-based-practice en toepassingen waarbij teamwork, ketenzorg en samen beslissen centraal staan.
- Opleveren van een implementatie/opschalingsrichtlijn en risicomodel.
Samen met andere Citrienfondsprogramma’s
- Registratie aan de Bron en Regionale Oncologienetwerken: gekoppeld aan het juist en beter gebruik van informatietechnologie (ICT-infrastructuur, koppelingen EPD, digitale uitwisseling van zorginformatie). Deze programma's worden inhoudelijk betrokken en zijn uitgenodigd als beoordelaar bij matchmakingsbijeenkomsten.
Programma e-health in beeld
Resultaten programma e-Health 2014-2018
Programmaleider Marlies Schijven aan het woord
Terug- en vooruitblik op het programma
“We zagen veel e-Health toepassingen die er goed in slaagden om patiënten te ontzorgen, zorg dichterbij de patiënten te brengen”De investeringen uit het eerste Citrienfonds voor e-Health in UMC’s hebben niet alleen e-Health-oplossingen opgeleverd die hun nut bewijzen. Ook is er veel geleerd van wat juist niet bleek te werken. In de tweede fase kunnen de beste projecten landelijk worden gemaakt en staat het programma ook open voor nieuwe e-Health initiatieven van buiten de universitaire medische centra .
Meer baat met e-Health
Meer informatie:
e-Health website“De kijk van de patiënt mag bij het ontwikkelen van e-Health-toepassingen niet ontbreken.”
Betere relatie met de patiënt
‘Dit netwerk van umc’s samen met andere ziekenhuizen en partijen in de zorg heeft ook nog eens alles in huis om e-Health wetenschappelijk te evalueren.’ En benadrukt Heldoorn: “Laat de patiënt meedenken en meedoen.” Ontwikkelaars en arts-onderzoekers hebben nu eenmaal een andere kijk. Dokters willen bijvoorbeeld meer efficiëntie in de zorgpraktijk bereiken. Een terecht oogmerk. Maar nog mooier is het als de relatie met de patiënt er beter van wordt.’ Als voorbeeld van een geslaagd project noemt Heldoorn Hartwacht. ‘Deze app geeft hartpatiënten meer vertrouwen en vrijheid.’
Consult replay om het gesprek ‘terug te kunnen spoelen’
“Voor de patiënt is dit van grote waarde.”
Aan het woord is projectleider Coline de Jong van het Erasmus MC. Consult Replay biedt patiënten de kans om alsnog goed geïnformeerd te raken. “Patiënten hebben vaak moeite om de informatie van een consult te verwerken en onthouden. Toch is dit essentieel als we willen dat de patiënt als een partner kan meepraten over de eigen behandeling.”
Voor artsen kan het wat bedreigend voelen, erkent De Jong. “Maar het mooie van deze aanpak is dat wij als ziekenhuis de regie in handen houden. De geluidsfragmenten kunnen alleen op het patiëntportaal worden afgespeeld.”Over het programma
Samen werken de acht umc’s met andere organisaties aan het verbeteren van zorg, onderwijs en onderzoek rondom e-Health. Samen delen ze kennis, komen ze tot nieuwe inzichten en werken ze aan drie programmathema’s:
- e-Health-visie
- Digitale verbondenheid
- Digitale interactie
Het programma heeft een krachtig netwerk opgebouwd rondom digitale zorg. En een hoop kennis én een scala aan slimme technologische toepassingen wetenschappelijk onderzocht en ontwikkeld. Toepassingen die de zorg makkelijker en toegankelijker kunnen maken voor patiënten.

e-Health
De zorg makkelijker, efficiënter en toegankelijker makenDoen of laten
Meer zorg is niet altijd betere zorg
16
Deimplementatie projecten
Die onnodige zorghandelingen teruggedringen
38
Betrokken partijen
8 umc's met 30 andere ziekenhuizen en zorgorganisaties en 200 huisartsen
Ambitie
- De kwaliteit van zorg vergroten en de zorgkosten verlagen door bewustwording over gepaste zorg te stimulerenen en niet-gepaste zorg te deïmplementeren.
- Uitbreiden van de in Nederland opkomende beweging om terughoudend te zijn met het verlenen van zorg die geen toegevoegde waarde heeft voor de patient.
- Kennisbank zijn voor zorgverleners
- Analyseren van volume en kosten van niet-gepaste zorg
Wat gaat het programma doen in 2019-2022?
De zorg duurzamer maken door niet-gepaste zorg te deïmplementeren
“Ambitie om 2 succesvolle interventies in alle 8 umc’s te implementeren”
Doelen Doen of laten?
- wil dat meer zorgverleners ervaring opdoen met deïmplementeren
- gaat succesvolle projecten uit de eerste Citrienfondsfase 2014-2018 uitbreiden en opvolgen
- door 16 deïmplementatieprojecten uit te voeren in ziekenhuizen en huisartsennetwerken
- en 2 succesvolle interventies in alle 8 umc’s te implementeren (zoals het verminderen van laboratoriumdiagnostiek en het verminderen van onnodige urinekatheters).
- hiermee krijgen onderzoekers meer inzicht in de tijd en kosten die dit oplevert en wat de gevolgen voor patiënten zijn.
- op basis van administratieve data het volume en de kosten van niet-gepaste zorg te analyseren om preciezer te weten waar de prioriteiten liggen.
Samenwerking met andere Citrienfondsprogramma’s
- e-Health: door gebruik te maken van digitale toepassingen die gepaste zorg ondersteunen.
- Registratie aan de bron: bij het in kaart brengen van niet–effectieve zorg.
- Regionale oncologienetwerken: als blijkt dat een van de nieuw te starten projecten gerelateerd is aan de oncologie (zoals het verminderen van oncologische vervolgconsulten).
Resultaten programma Doen of laten? 2014-2018
Programmaleider Tijn Kool aan het woord
Het verantwoord terugdringen van niet-gepaste zorg kan
Meer zorg is niet altijd betere zorg. Door gemotiveerde zorgverleners én geïnformeerde patiënten kan de kwaliteit van zorg verbeterd worden en de kosten met vele miljoenen euro’s worden verlaagd. “Zo hebben zesentwintig huisartsenpraktijken met patiëntinformatie, scholing en feedback het aantal vitaminebepalingen - bloedonderzoek dat sommige patiënten willen maar meestal niet nodig is - met 20% teruggebracht. Dat is een prachtig resultaat”; aldus Tijn Kool. Dit is een van de acht projecten die in 2015 is gestart, om niet-gepaste zorg te verminderen. Meer dan 200 huisartsen, 38 ziekenhuizen en zelfstandige behandelcentra verspreid over het land werkten hieraan mee. De komende jaren gaat het programma verder met het terugdringen van niet-gepaste zorg en het vergroten van het bewustzijn om terughoudend te zijn bij sommige vormen van zorg. Een (nog) actievere rol van zorgverleners en patiënten is hard nodig om gedragsverandering te bewerkstelligen.
“Het kost tijd en vergt vaardigheden om te deïmplementeren, dit bezit niet iedere zorgverlener van nature”
RICAT-studie, terugdringen van onnodig katheter gebruik
Patient wordt niet onnodig belemmerd en is sneller mobiel
Een kwart tot de helft van de patiënten heeft een urinekatheter of intraveneus katheter zónder juiste indicatie. Om het aantal katheters met minstens een kwart terug te brengen, loopt in zeven ziekenhuizen de RICAT-studie. Op Hoes’ verpleegafdeling wordt nu anders met katheters omgesprongen. ‘We kijken nu elke dag of er een indicatie is om ze te laten zitten. We gaan hier nu veel bewuster mee om. Ook de artsen zijn erop gespitst; vroeger moest je er vaak zelf over beginnen of het nog nodig was. Zonder katheter is de patiënt veel mobieler en het infectiegevaar is geweken. En dát is wat we willen.’
Meer informatie op www.doenoflaten.nl
“Zonder katheter is de patiënt veel mobieler en het infectiegevaar is geweken. En dát is wat we willen.”
Over het programma
Het programma Doen of Laten heeft drie doelen:
- Inventariseren welke zorg onnodig is
- In kaart brengen hoe onnodige zorg kan worden gereduceerd
- In de praktijk verminderen van onnodige zorg in acht projecten
Het resultaat van het programma helpt zorgverleners om een weloverwogen keuze te maken. Dat kan zijn voor de meest effectieve onderzoek of behandeling. Maar dat kan ook betekenen om, in samenspraak met de patiënt, te besluiten om een verrichting of ingreep juist niet uit te voeren omdat de meerwaarde in dit geval ontbreekt.
